De subsidieregeling duurzaam maatschappelijk vastgoed (DUMAVA) komt eigenaren van bestaand maatschappelijk vastgoed tegemoet in de kosten om te verduurzamen. Inzicht in uw vastgoed helpt u de juiste aanvraag te doen.
Over enkele weken start de aanvraagperiode voor de subsidieregeling duurzaam maatschappelijk vastgoed (DUMAVA). Voor veel schoolbesturen en zorgondernemers een uitgelezen kans om 20-40% van hun duurzaamheidsinvesteringen terug te krijgen. Volgens huisvestingsadviseur Maarten van Nuenen is het een vrij eenvoudige regeling, waaronder veel verduurzamingsmaatregelen vallen, maar de subsidiepot snel leeg. “Tijdig aanvragen is dus belangrijk”, benadrukt Maarten, “maar maatschappelijke organisaties kunnen beter een goed onderbouwde aanvraag indienen, dan onvoorbereid. Vooralsnog wordt verwacht dat de regeling volgend jaar terug komt. Dus lukt het dit jaar niet, dan kunt u nu strategische (verduurzamings)plannen maken om in 2025 geen subsidie mis te lopen.”
Levensloopplanning
De DUMAVA-subsidieregeling is het meest interessant voor gebouwen die nog minimaal 15 jaar worden door geëxploiteerd. Wanneer er groot onderhoud nodig is voor bijvoorbeeld het vervangen van het dak of de ketel en er nog voldoende levensduur rest om de investering terug te verdienen. Maarten: “Dit betekent dat het interessant is om gebouwen die rond de eeuwwisseling gebouwd zijn tegen het licht te houden. Wat is de technische en bouwkundige staat? Wat staat er in het strategisch- of integraal huisvestingsplan over de toekomst van het gebouw? Hoe lang loopt de afschrijvingsperiode nog? En welke verduurzaming is mogelijk en gewenst?” Op basis van deze informatie is het mogelijk om het investerings- en onderhoudsbeleid te bepalen: consolideren, renoveren of nieuwbouw. Bij renovatie en consolidatie is verduurzaming een must vanwege de doelstellingen in het klimaatakkoord. En afhankelijk van de maatregelen kan er een budgettaire reservering worden gemaakt en een subsidie worden aangevraagd.
Maatregelenlijst
De DUMAVA-regeling geldt voor uiteenlopende verduurzamingsmaatregelen. “Grofweg is de regeling in drie categorieën te verdelen,” vervolgt Maarten. “Er wordt subsidie verleent voor verduurzamingsadvies, integrale verduurzamingspakketten en losse maatregelen. Denk aan isolatie, verwarmen, koelen, ventilatie met wtw en duurzame energie en energieopslag. Ledverlichting valt niet meer onder de regeling, omdat led inmiddels de standaard is.
Subsidie technisch is het interessant om te kiezen voor integrale verduurzaming. De subsidie kan dan oplopen tot 40% van het investeringsbedrag. Bij de losse maatregelen is dit ‘slechts’ 20%. Het kan dus interessant zijn om grote onderhoudsinvesteringen voor een gebouw naar voren te halen en het gebouw en de installaties in één keer te verduurzamen.”
Stappenplan duurzaam vastgoed
“Voor onderwijsinstellingen hanteren we de routekaart verduurzamen schoolgebouwen,” vertelt Maarten. “Dit is een handige tool om inzicht te krijgen in het vastgoed en strategische keuzes te maken over onderhoud en verduurzaming. Wij zien bijvoorbeeld in de praktijk dat er veel energie verbruikt wordt door verkeerd gebruik van de installaties. Maar hoeveel energie mag een gebouw verbruiken? Laride heeft een benchmark opgesteld waarmee we het energieverbruik van 160 scholen kunnen vergelijken en toetsen aan het gemiddelde. Ook andere gebouw gerelateerde zaken spelen een rol, zoals de resterende afschrijvingsperiode voor gebouw- en installaties. Inzicht helpt om de juiste keuzes te maken, die we uiteindelijk kunnen laten doorrekenen voor het aanvragen van de DUMAVA-subsidie. Omdat enig uitzoek-, advies- en rekenwerk nodig is om de juiste keuzes en begrotingen op te stellen, adviseren wij klanten om drie maanden voor de indiening afwegingen te maken op welk vastgoed men wil inzetten en met de inventarisatie te starten.” In het duurzame stappenplan is stap 6 de doorrekening, die nodig is voor de aanvraag.
Samen verduurzamen
Zodra de plannen doorgerekend zijn en de investeringskosten bekend zijn, is ook inzichtelijk hoeveel subsidie aangevraagd kan worden. Organisaties weten dan ook hoeveel ze nog zelf moeten betalen. Mogelijk kan de gemeente ook een bijdrage leveren. Lokale overheden hebben duurzame ambities en veel daarvan staan ook in het IHP. Door projecten te combineren – denk aan het verduurzamen van een gymzaal in een schoolgebouw – kan er een win-win situatie worden behaald. “Wij adviseren schoolbesturen dan ook altijd om hun plannen te bespreken met de gemeente,” besluit Maarten. “Vaak is er meer mogelijk dan men denkt.”
Interessante links
RVO
PO-raad
